Sinds de jaren 1950 is het bosareaal in Europa toegenomen met zo’n 300.000 km2. Voor een deel is dit door spontane bosontwikkeling (verbossing), vooral in gebieden waar grond uit landbouwgebruik genomen is of waar mensen gebieden verlaten om naar steden te trekken. Hoe gaat die verbossing precies in zijn werk? Wat betekent dit voor het karakter en functioneren van een bos? En hoe dragen deze nieuwe bossen bij aan het beperken van klimaatverandering of erosie of aan andere voordelen die de natuur biedt, naast biodiversiteit?
Dit zijn enkele van de vragen die onderzocht zijn in SPONFOREST. Dit onderzoeksproject werd gefinancierd door BiodivERsA, het Europees netwerk dat onderzoek aan biodiversiteit en ecosystemen in Europese landen programmeert en financiert.
Ik bepaalde de voornaamste uitkomsten van het project om de kernboodschappen te communiceren aan beleidsmakers en andere stakeholders in Europa. Ik deed dit door een policy brief op te stellen, een korte samenvatting voor beleidsmakers en koos de beste kanalen om de boodschap bij de juiste beleidsmakers te krijgen.